Enschede, 11 oktober 2017 – De regels voor het gebruik en testen van drones moeten verder versoepelen en gelijkwaardig worden in heel Europa. Dit pleidooi deden de gemeente Enschede, provincie Overijssel en Nokia vandaag bij de Europese Commissie tijdens een conferentie over drones in Brussel. Het pleidooi vormt de basis van een manifest dat, aangevuld met de opbrengsten en inzichten van de conferentie, zal worden aangeboden aan de Europese Commissie. De initiatiefnemers hopen hiermee de ontwikkeling van de branche verder te stimuleren. Alleen al in Twente zijn, volgens onderzoek van adviesbureau PwC, in deze branche 1500 banen te verwachten. Het rapport beschrijft een Europees economisch potentieel van 14 tot 30 miljard euro op de lange termijn.
Tijdens de conferentie spraken vertegenwoordigers van overheden, industrie en kennisinstellingen met elkaar over dit onderwerp. In Twente werken Enschede, Overijssel en Nokia samen in Space53 (www.space53.eu). Dit is het innovatiecluster voor onbemande systemen op Technology Base, de Twentse proeftuin voor pionierende bedrijven, waar ook Twente Airport gevestigd is. PwC onderzocht de verwachte ontwikkelingen in de drone-gerelateerde industrie en maakte een analyse van de kansen voor Twente. Die zijn kansrijk mits de wet- en regelgeving voor de ontwikkeling van testcentra en business cases wordt versoepeld.
“Dit rapport ondersteunt onze ambitie om binnen deze markt economische kansen te verzilveren”, stelt wethouder Patrick Welman van Enschede. “Twente heeft alle ingrediënten in huis die nodig zijn om nieuwe toepassingen met drones en andere onbemande systemen te ontwikkelen en te testen, ook in de dagelijkse praktijk.”
Nieuwe regelgeving in Nederland nog te beperkt
Nederland had tot voor kort strenge wet- en regelgeving ten opzichte van landen als Frankrijk en Duitsland. Vorige week heeft het ministerie van I&M echter een voorstel openbaar gemaakt voor zeer progressieve regels voor testlocaties voor drones. De nieuwe regelgeving is momenteel in consultatie en wordt op zijn vroegst volgend jaar ingevoerd. De nieuwe regelgeving maakt het vanaf volgend jaar eenvoudiger om op vliegvelden te testen met drones die nog geen bewijs van luchtwaardigheid hebben. Ook hoeft de tester vanaf dat moment geen speciaal certificaat meer te hebben.
“Het besluit is een stap in de goede richting, maar gaat lang niet ver genoeg”, aldus de Overijsselse gedeputeerde Eddy van Hijum van Economische Zaken. “Het geeft ons niet de gewenste ruimte om te testen op andere locaties, zoals in binnensteden of op bedrijventerreinen. Dat is precies wat we nodig hebben voor de ontwikkeling van deze branche. Elders in de wereld, zoals in China, is dat namelijk wel al het geval.”
Gelijkwaardige regels
Daarnaast is het van belang om een zogenoemd Level Playing Field binnen heel Europa te creëren. Dit betekent voor heel Europa dezelfde wet- en regelgeving voor het testen en gebruiken van onbemande systemen in. EASA, de Europese autoriteit voor luchtvaart veiligheid, heeft in opdracht van de Europese Commissie een verordening geschreven voor geharmoniseerde regelgeving voor het vliegen met drones. De ruimte om te testen met drones blijft de verantwoordelijkheid van de individuele lidstaten. Voor drone testcentra, zoals het Twentse Space53 betekent dit nog steeds geen gelijk speelveld. Dit heet de “Missing Link”. Als deze gelijkschakeling niet geregeld wordt, heeft dit niet alleen gevolgen voor Nederlandse bedrijven en testcentra, maar ook voor de economische positie van Europa als geheel.